De Charles Universiteit in Praag
Charles Universiteit in Praag / Univerzita Karlova v Praze / Universitas Carolina Pragensis
In de 1300er jaren studeerde studenten van de Charles Universiteit in eerste instantie kunst en gingen daarna verder naar 1 van de 3 andere disciplines (rechten, theologie en geneeskunde). Theologie werd gezien als het belangrijkste. De studenten populatie was divers en lessen werden gegeven in het Latijn. Tsjechen maakte slechts 25% op van het totaal aantal studenten.
Tijdens de chaotische hussieten hervorming in de 1400er jaren, werd het beleid van de universiteit aangepast om een groter aantal Tsjechische studenten toe te kunnen laten. Om hiertegen in opstand te komen vertrokken een groot aantal buitenlandse professoren en studenten uit Praag en zette de eerste universiteit van Duitsland op in Leipzig. Tsjechische nationalisten vieren dit als een overwinning over buitenlanders, maar het nieuwe beleid bracht de Charles Universiteit omlaag van een Europees leerinstituut naar een provinciaal instituut.
Aan het begin van de 15e eeuw werd de voornamelijk Protestantse universiteit gepresenteerd aan de Jezuïeten. Maar rond 1780 ontdeed Joseph de Tweede (De Keizer van Habsburg) zich van de Jezuïeten, veranderde de studietaal naar Duits (dit was voorheen Latijn) en stelde de universiteit open voor niet Katholieken. Tsjechen waren tot 1882 vrij om in hun moedertaal te studeren. Dit is wanneer de universiteit opgedeeld werd in twee centra (het Duitse centrum werd in 1945 gesloten).
Tegenwoordig leidt Old Town nog steeds een dubbel leven als zowel een universiteit campus als een commercieel centrum. Hoewel ze aan de buitenkant omringd zijn door souvenirwinkeltjes beschikken veel van de gebouwen over klaslokalen welke honderden jaren lang gebruikt zijn voor lezingen. Veel van de verborgen binnenplaatsen in Old Town hebben Tsjechische studenten van de 2 belangrijkste behoeften voorzien: ruimte voor inspirerende discussies en goed bier.
Altijd een focus punt voor Tsjechische politiek denken, de Charles Universiteit heeft revoluties en problemen teweeg gebracht. Dit is waar Jan Hus de hervorming van de kerk eiste; de opstanden van 1848, 1648 en 1939 werden teweeg gebracht door intellectuelen van de universiteit en, in moderne tijden, stonden studenten op tegen fascistische regimes in 1968, 1948 en 1939. De Duitsers sloten elke Tsjechische universiteit tijdens de Tweede Wereldoorlog. Vervolgens ontsloegen de communisten professoren die niet voldeden aan hun eisen en vervingen ze met personeel dat uitgezicht werd aan de hand van hun achtergrond, inplaats van hun kunde. In november van 1989 begon de Velvet Revolutie, waaraan de communisten de macht verloren, als een studenten protest.
Na 1989, toen veel professoren terug keerden naar hun klaslokalen, het educatie systeem is nog niet voorbij het fascistische regime gekomen. Vanaf het begin worden studenten geïnstrueerd om te onthouden in tegenstelling tot vrij denken, kennis word beoordeeld op feiten en niet op de mogelijkheid deze te gebruiken. Zelfs op de hogere niveaus, studenten durven zelden de mening van een professor tegen te spreken.
De Charles Universiteit krijgt het nog steeds voor elkaar om de beste Slowaakse en Tsjechische studenten aan te trekken. Zoals in het grootste deel van Europa is een Universitaire opleiding gratis in de Tsjechische Republiek en onderdag voor studenten wordt goed gesubsidieerd. U kunt denken dat gratis toegang educatie aantrekkelijker zou maken voor studenten van minder goede afkomst, maar dit is vaak niet het geval. Zonder genoeg geld te investeren in het educatie systeem heeft de staat niet de voorzieningen om meer scholen te bouwen. De vraag is daardoor hoger dan het aanbod, dus slechts 33% van de geïnteresseerden wordt uitgeloot voor het gymnasium (middelbare school) en slechts 50% van de universitaire kandidaten worden toegelaten. Studenten van hoog opgeleide families doen het vaak beter in dit systeem, wat studenten begint te kiezen vanaf het moment dat ze 10 jaar oud zijn.
Docenten worden slecht betaald (zelfs professoren aan de universiteit komen amper rond) en bibliotheken blijven onder gefinancierd. A;s een resultaat hebben zelfs studenten gelobbyd voor bijdrages om de toegang tot educatie te verbeteren en professoren de gelegenheid te bieden bijbanen te verminderen om zo meer tijd te kunnen steken in onderzoek en lesvoorbereiding. Uiteindelijk ligt het lot van schoolbijdrages in de handen van de politici, die dikwijls meer letten op de publieke gesteldheid dan ze letten op de visie van docenten en studenten.