De vier wijken van Praag

Tot ongeveer 1800 bestond Praag slechts uit 4 afzonderlijke steden die vier pleinen hadden en allemaal werden afgezonderd door verdedigingsmuren. Elke stad had onderscheidende kwaliteiten, die in de eerste plaats voortkwamen uit de persoonlijkheden van de personen die zich in de stad vestigden. Tegenwoordig wordt het grootste deel van de charme van Praag gecreëerd door de unieke sfeer van al haar steden.

Hradčany (Kasteelwijk): De heersende klassen hebben Castle Hill al sinds de 9e eeuw bezet, toen het 1e kasteel werd gebouwd op het voorgebergte dat uitkijkt op het wad over de rivier de Vltava. Nadat de Tsjechen kennis hadden gemaakt met het christendom diende deze heuveltop – langs een oost-/west-as – als een ideale locatie voor een plaats van aanbidding en later een kathedraal (die volgens de traditie gebouwd moest worden met het altaar naar het oosten). Ten slotte bouwden de edelen hun paleizen in de buurt van het kasteel om, in concurrentie met de Kerk, invloed te krijgen op de koning. Bezoekers hebben zelfs vandaag de dag nog het gevoel dat ze zich met een royaal paard en wagen door dit gebied begeven. De kasteelwijk – waar de presidentiële en buitenlandse kantoren zijn gevestigd – bevat prachtige gebouwen, geweldige kunst, een paar cafés en enkele bedrijven.

Malá Strana (Kleine wijk): Deze stad met mooie barokke tuinen en paleizen ontstond in de nasleep van de nederzetting van handelaren die afbrandde in 1540. De Europese en Tsjechische edelen die hier naartoe verhuisden, waren erg trots op het ontwerp van hun grote tuin. In het jaar 1990, na tientallen jaren van verwaarlozing, werden deze tuinen zorgvuldig gerestaureerd. Terwijl sommige alleen toegankelijk zijn voor de nabestaanden van de vroegere adel, zoals de Duitse, Poolse en Amerikaanse ambassades, en het Tsjechische parlement – zijn er een aantal geopend voor toeristen.

Staré Město (Oude stad): De oude stad is via de Karelsbrug verbonden met het Kleine kwartier. De locatie, reeds vanaf de tiende eeuw een bloeiende stad, is lange tijd een bruisend commercieel centrum geweest – vol met gilden, kooplieden en Jan Hus supporters. Jan Hus was een kerkhervormer die lobbyde voor een Tsjechische stijl van het katholicisme. De stadsmuren kunnen op een moderne stadskaart teruggevonden worden (een overblijfsel van de muur die een versterkte ring vormde, is de Kruittoren, en de rivier vormde de andere helft hiervan). Het drassige gebied dat het dichtst bij de curve ligt – de minst aantrekkelijke en dus voorbehouden aan de Joden – veranderde in een getto (tegenwoordig de Joodse wijk of Josefov genoemd).

Nové Město (Nieuwe stad): De oude stad wordt omgeven door de Nieuwe stad – een lijn vormend van de ene oever naar de andere – en dit wordt omsloten door de buitenmuur van Praag. In de veertiende eeuw richtte de Koning deze stad op en verdrievoudigde de grootte van het gebied dat Praag zou bezetten. Het Wenceslasplein was vroeger een paardenmarkt voor deze bruisende lokale arbeidersklasse. De Oude stad wordt, zelfs vandaag de dag, door een “gracht” gescheiden van de Nieuwe Stad (dat verwijst naar een straat genaamd Na Příkopě). Als je door het drukke Na Příkopě loopt, laat je de souvenir- en glaswinkels achter je en kom je in een stad met luxe winkels en winkelcentra terecht, dat alles te bieden heeft voor zowel toeristen als de lokale bevolking.